Fauteuil
Jij bent gewelddadig overweldigend. Ik loop over van jou, overeet me aan jou en heb nog steeds niet genoeg. Ik wil je kussen tot je waterrimpels krijgt op je vingers, en ik mijn mond niet meer tot woorden kan vouwen. Ik zal je strelen tot het me pijn doet zacht voor je te zijn en mijn vingers tussen je lippen wring ter verkoeling. Ik wil me aan je branden, littekens van je maken totdat jouw liefde gebrandmerkt staat in mijn lijf, en leden. Maar je bent donzig lief, alles behalve hard. Je omringt me, verwart me en verwarmt me. Je leert me, bestudeert me, vormt je naar mijn lijf. Als een levenslange favoriete fauteuil.