Stil kind
Het heeft iets poëtisch, een stil kind dromend van God weet wat. Hij is plots filosoof, zijn levensvraag nog pril en nieuw: Hoe? En: Waarom? Moeder en vader, zijn wegwijzers. Het rechte pad, zijn doel. Het wordt een wilde ontdekkingsreis vol obstakels en overwinningen. Maar ach, laat hem nog dromen van God weet wat.